maandag 25 juli 2011

Inspiratie

Jaren geleden schreef ik voor een schrijfwedstrijd een kort verhaal over een oude vrouw die haar eerste liefde na jaren terugziet. Ik won de wedstrijd niet, dus het verhaal zat weggestopt in een map en in mijn hoofd. Maar ik vergat die vrouw niet.

Een hele tijd later, terwijl ik druk bezig was met het schrijven van mijn derde boek, Geknipt voor jou, zat ik in de pauze op het werk met mijn collega te kletsen. Ze vertelde me over iets dat ze meegemaakt had toen ze een paar avonden daarvoor tegen sluitingstijd nog snel wat boodschappen bij de supermarkt ging doen. Ze was een van de laatste klanten, dus een medewerkster van de winkel maakte aanstalten om de deuren achter haar te sluiten. Op het moment dat ze naar buiten stapte glipte er een verdacht uitziend type naar binnen. Hij trok een wapen, bedreigde het personeel en mijn collega maakte zich snel uit de voeten om de politie te kunnen bellen.

Deze nare ervaring van mijn collega was mijn startsignaal voor Zoek het maar uit. Die avond werd Ella geboren. Een jonge vrouw van halverwege de twintig, die (net als ik op die leeftijd) in een boekhandel werkt. Ze heeft plezier in haar werk, maar heeft ook een grotere droom, die in de dagelijkse gang van zaken een beetje op de achtergrond is geraakt. Het schrijven van een boek. Dan wordt ze slachtoffer van een gewapende overval en op het moment dat ze de dood in ogen kijkt, denkt ze aan alle kansen die ze heeft laten liggen in haar leven.

Ik kijk in de ogen van die jongen, die me hooguit zeventien, achttien jaar lijkt, mijn overvaller, mijn moordenaar. Hij gaat schieten, dat zie ik in zijn verwilderde, losgeslagen blik.
Ik denk aan mijn ouders die vast de verkeerde muziek voor mijn begrafenis kiezen en aan mijn nieuwe stilettopumps in de kast, die ik wilde bewaren voor de juiste gelegenheid. Ik zal er nooit op lopen.
En mijn oma. Ik moest haar nog gaan opzoeken in haar nieuwe kamer. Ze denkt vast dat ik niets om haar geef, omdat ik nooit langsgekomen ben. Dat ik nooit aan haar dacht.
In een fractie van een seconde denk ik aan alle dingen die ik nooit zal meemaken. Trouwen, kinderen krijgen, zelf oma worden, een boek schrijven. Ik zou een boek gaan schrijven… Ik zou niet mijn hele leven in deze winkel blijven werken. Ik zou net als Boris gaan doen wat ik altijd al wilde, maar nu is het te laat. En Boris. Ik zal Boris nooit meer zien. Mijn lieve, grote broer, waar ik zo trots op ben. Hij weet niet eens dat ik zo ontzettend trots op hem ben. Al die keren dat hij me vroeg te komen kijken naar zijn optredens… al die keren dat ik een smoes verzonnen heb.
Ik heb er zo’n spijt van, nu. Maar waar ik echt spijt van heb... wat ik echt het allerergste vind, nu ik hier lig met een geweer tegen mijn hoofd, dat elk moment af kan gaan… aan wie ik denk terwijl ik zeker weet dat dit mijn laatste gedachte is… dat is maar aan één persoon. Eén man.
Al die andere gedachten waren vluchtig, flarden, flitsen. Maar hij staat nu op mijn netvlies alsof hij daar altijd zal blijven. Seconden, minuten, uren, dagen, weken, maanden, jaren. Voor eeuwig. Dex. Dan gaat het geweer af en ik krimp gillend ineen.



Iets anders wat ik al heel lang wilde, is een verhaal schrijven over een jongen en een meisje die samen opgroeien. Het thema eerste liefde spreekt me erg aan. De heftigheid van een eerste verliefdheid vergeet je nooit en de gedeelde geschiedenis van de personages levert een verwevenheid en dynamiek tussen hen op die heel interessant is om mee te werken voor mij als auteur.

Dex is de eerste grote liefde van Ella. Ze heeft in geen jaren aan hem gedacht, want ze is heel gelukkig met haar vriend Owen, met wie ze vergevorderde samenwoonplannen heeft. Dus waarom blijft Dex dan ook na de overval steeds in haar gedachten opduiken? Gelukkig kan ze terecht bij haar oma, die haar altijd begrijpt, dus Ella stort uitgebreid haar hart uit. Dan blijkt oma een geheim met zich mee te dragen over haar eigen eerste liefde, die ze ontmoette en kwijtraakte tijdens de Tweede Wereldoorlog.

En zo kon ik ongeveer tien jaar later eindelijk iets doen met het verhaal dat ik al zo lang in een verloren hoekje van mijn brein had zitten. Uiteindelijk is het zo gegroeid en herschreven dat bijna alleen de naam van de oude vrouw, Anna, is gebleven zoals ik oorspronkelijk bedacht had. Maar ik denk dat er een reden was dat ik toen die wedstrijd niet won, want het verhaal was nog niet af.

Zoek het maar uit is het verhaal geworden van een jong meisje in oorlogstijd, tegenover het verhaal van een jonge vrouw van nu. Het gaat over de band tussen oma’s en kleindochters, keuzes maken met je hart of je hoofd, het najagen van je dromen en over eerste liefdes die een tweede kans krijgen… als je die durft te grijpen.